DONATEURWORD LID
#

Statuten

HOOFDSTUK I: PARTIJ
A. NAAM EN ZETEL

ARTIKEL 1
1. De vereniging draagt de naam: 'OPRECHT'
2. 'OPRECHT', opgericht per heden, is een politieke partij hierna te noemen: de “partij”.
3. Zij heeft haar zetel te Zwijndrecht.

B. DOEL

ARTIKEL 2
De partij stelt zich ten doel bij te dragen aan een medemenselijker, eerlijker, recht-schapener en welvarend Nederland. Daarnaast wenst de partij een doorbreking van de geijkte partij-politiek, onder andere door de invoering van bindende referenda, bindende volksinitiatieven, direct gekozen burgemeesters en e-democracy. Op deze wijze wil de partij bewerkstelligen dat de belangen van de traditionele Nederlanders in de politieke besluitvorming weer vooróp komen te staan en de overheid weer ten dienste staat aan de bevolking ipv andersom. Hoofddoelstelling van de partij is het bewerkstelligen van een regeringscoalitie in Nederland die als overwegend rechts zijnde gezien wordt. De partij zal bij voldoende grootte en mogelijkheden uitsluitend in een dergelijke coalitie deelnemen. Onze voorkeur als voorbeeld is VVD, CDA, OPRECHT, FvD en 50plus, gedoogd door SGP en PVV. De doelstellingen van de partij worden nader uitgewerkt in het partijprogramma.

C. MIDDELEN

ARTIKEL 3
De partij wil haar doel bereiken met alle geëigende en wettige middelen die aan het doel bevorderlijk zijn.

HOOFDSTUK II: LIDMAATSCHAP
A. LEDEN

ARTIKEL 4
1. De vereniging draagt de naam: 'OPRECHT'
2. 'OPRECHT', opgericht per heden, is een politieke partij hierna te noemen: de “partij”.
3. Zij heeft haar zetel te Zwijndrecht.

B. DOEL

ARTIKEL 2
De partij stelt zich ten doel bij te dragen aan een medemenselijker, eerlijker, recht-schapener en welvarend Nederland. Daarnaast wenst de partij een doorbreking van de geijkte partij-politiek, onder andere door de invoering van bindende referenda, bindende volksinitiatieven, direct gekozen burgemeesters en e-democracy. Op deze wijze wil de partij bewerkstelligen dat de belangen van de traditionele Nederlanders in de politieke besluitvorming weer vooróp komen te staan en de overheid weer ten dienste staat aan de bevolking ipv andersom. Hoofddoelstelling van de partij is het bewerkstelligen van een regeringscoalitie in Nederland die als overwegend rechts zijnde gezien wordt. De partij zal bij voldoende grootte en mogelijkheden uitsluitend in een dergelijke coalitie deelnemen. Onze voorkeur als voorbeeld is VVD, CDA, OPRECHT, FvD en 50plus, gedoogd door SGP en PVV. De doelstellingen van de partij worden nader uitgewerkt in het partijprogramma.

C. MIDDELEN

ARTIKEL 3
De partij wil haar doel bereiken met alle geëigende en wettige middelen die aan het doel bevorderlijk zijn.

Enter Title

HOOFDSTUK II:

 

LIDMAATSCHAP

 

          ARTIKEL 4       

  1. Lid van de partij kan zijn:
  • iedere ingezetene van Nederland en iedere Nederlander die in het buitenland woont;

- en die de leeftijd van zestien jaren heeft bereikt; en

- die redelijkerwijs geacht kan worden in te stemmen met de doelstellingen van de partij.

  1. De partij kent verschillende vormen van lidmaatschap, die nader zijn uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.
  2. Het lidmaatschap van de partij is persoonlijk en niet overdraagbaar.
  3. Zij die zich op bijzondere wijze verdienstelijk hebben gemaakt voor de partij kunnen door de algemene vergadering worden benoemd tot erelid.

 

ARTIKEL 5

Het lidmaatschap vangt aan na inschrijving in de ledenadministratie, tenzij het partij-bestuur binnen drie maanden na aanmelding beslist dat betrokkene geen lid kan worden. In dat laatste geval wordt de betrokkene geacht nooit lid te zijn geweest van de partij.

 

ARTIKEL 6

  1. Gedurende een periode van één jaar na inschrijving kan een lid niet voor vertegenwoordigende functies worden gekandideerd, behoudens ontheffing door het partijbestuur.
  2. Indien het de kandidatuur voor de functie van gemeenteraadslid betreft, beslist het partijbestuur van de desbetreffende provinciale afdeling inzake over de ontheffing.

 

ARTIKEL 7

De aanvraag tot het lidmaatschap van een persoon die is geroyeerd, wiens lidmaatschap is opgezegd of wiens verzoek tot lidmaatschap is geweigerd, kan niet gehonoreerd worden gedurende twee jaren te rekenen vanaf de datum dat het royement of de opzegging van het lidmaatschap onherroepelijk is geworden, tenzij het partijbestuur anders beslist.

 

ARTIKEL 8

De leden zijn gehouden zich te onderwerpen aan de bepalingen van deze statuten, het huishoudelijk reglement, overige reglementen en aan andere wettige besluiten van de algemene vergadering en/of het partijbestuur.

 

ARTIKEL 9

Ieder lid verplicht zich tot betaling van een contributie volgens de jaarlijks door het partijbestuur vast te stellen contributieregeling. Bij de vaststelling van de contributie-regeling kan het partijbestuur rekening houden met de draagkracht, leeftijd, thuis-situatie of andere persoonlijke omstandigheden van de leden.

 

LEDEN BUITENLAND

ARTIKEL 10

Een in het buitenland woonachtig lid ressorteert onder de provinciale afdeling waarvan de gemeentelijke afdeling ’s-Gravenhage deel uitmaakt, tenzij het betrokken lid aan het partijbestuur te kennen geeft onder een andere provinciale afdeling te willen ressorteren.

 

  1. BEËINDIGING LIDMAATSCHAP     

ARTIKEL 11

Het lidmaatschap van de partij eindigt door:

  1. overlijden van het lid;
  2. opzegging door het lid;
  3. opzegging namens de partij;
  4. royement.

 

ARTIKEL 12

Wanneer het lidmaatschap in de loop van het verenigingsjaar, dat samenvalt met het kalenderjaar, eindigt, blijft de jaarlijkse contributie over het lopende jaar in zijn geheel door het lid verschuldigd.

 

ARTIKEL 13

Opzegging van het lidmaatschap dient schriftelijk plaats te vinden bij het partijbureau. Deze procedure wordt nader uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.

 

ARTIKEL 14

  1. Opzegging van het lidmaatschap kan ook door de partij plaatsvinden. Deze procedure wordt uitgewerkt in het huishoudelijk reglement. Opzegging van het lidmaatschap door de partij kan plaatsvinden in het geval het lid:
  1. ophoudt te voldoen aan de eisen aan het lidmaatschap in deze statuten gesteld;
  2. met betaling van de aan de partij, een afdeling of een met de partij gelieerde rechtspersoon verschuldigde gelden in gebreke is gebleven;
  3. bij toelating zodanige onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt dat, naar redelijkerwijs valt aan te nemen, tot weigering zou zijn besloten indien de juiste en volledige gegevens bekend zouden zijn geweest;
  4. zich zodanig gedraagt dat van de partij redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
  1. In de in lid 1 sub a, c en d genoemde gevallen wordt niet tot opzegging overgegaan dan nadat het lid in de gelegenheid is gesteld zich te verweren.

 

ARTIKEL 15

  1. Royement vindt plaats door het partijbestuur wanneer een lid in strijd met de statuten, het huishoudelijk reglement, overige reglementen en/of besluiten van de partij handelt en/of de partij op onredelijke wijze benadeelt.
  2. In het huishoudelijk reglement worden nadere regels gesteld over de royements- procedure.

 

HOOFDSTUK III:

 

PARTIJ ORGANISATIE

  1. ALGEMEEN 

ARTIKEL 16

De partij is een organisatie die op landelijk niveau organen kent; en op landelijk niveau bijzondere organen en bijzondere organisaties kan hebben; en die op gemeentelijk en provinciaal niveau afdelingen kan hebben.

 

  1. AFDELINGEN

ARTIKEL 17

Afdelingen van de partij kunnen zijn: de gemeentelijke afdeling en de provinciale afdeling. Een afdeling komt tot stand na erkenning door het partijbestuur.

 

ARTIKEL 18

Samenstelling, organisatie en werkwijze, alsmede taken en bevoegdheden van de afde-lingen worden geregeld in het huishoudelijk reglement en in standaardreglementen die door het partijbestuur worden vastgesteld. De afdeling kan bepalingen aan het standaard-reglement toevoegen, mits daardoor geen strijdigheid ontstaat met deze statuten en/of het huishoudelijk reglement.

 

ARTIKEL 19

Een afdeling kan de bevoegdheden die krachtens de statuten en/of krachtens enig reglement in partijverband zijn toegekend, alleen uitoefenen wanneer aan de financiële verplichtingen tegenover de partij over het voorafgaande verenigingsjaar is voldaan en de jaarrekening en het jaarverslag van de afdeling van het voorgaande verenigingsjaar aan het partijbestuur zijn overgelegd.

 

ARTIKEL 20

  1. Het partijbestuur heeft de bevoegdheid een afdeling geheel of gedeeltelijk haar rechten te ontnemen, indien de afdeling deze statuten, enig reglement of besluit van het partijbestuur overtreedt of de afdeling de partij op andere wijze onredelijk benadeelt.
  2. Op de in het eerste lid genoemde gronden kan het bestuur van een afdeling van zijn bevoegdheden worden ontheven. Deze bevoegdheid ligt in het geval van een gemeentelijke afdeling, bij het betreffende provinciale bestuur en in het geval van een provinciale afdeling, bij het partijbestuur.
  3. Ingeval van ontheffing draagt het bestuur dat daartoe heeft besloten zorg voor de vervulling van de bestuurstaken. Het bestuur kan daartoe één of meer commissarissen benoemen. Uiterlijk één jaar na de ontheffing wordt door het bestuur ofwel een algemene vergadering belegd ter verkiezing van de leden van een nieuw bestuur ofwel een bestuursvergadering belegd ter verkiezing van de leden van een nieuw dagelijks bestuur.

 

GEMEENTELIJKE AFDELING

ARTIKEL 21

Leden woonachtig binnen de grenzen van een gemeente, vormen tezamen een gemeen- telijke afdeling. Een afdeling telt ten minste tien (10) leden. Bepalingen omtrent gemeentelijke afdelingen worden vóór sept 2021 nader uitgewerkt middels een uitbreiding/aanpassing van deze statuten op dit punt.

 

ARTIKEL 22

  1. Indien in een gemeente geen afdeling (meer) bestaat, wijst het bestuur van de be-treffende provinciale afdeling, in overleg met het partijbestuur, aan onder welke nabij gevestigde afdeling de leden in die gemeente vallen.
  2. De in het eerste lid bedoelde leden hebben voor de behandeling van landelijke en/of provinciale aangelegenheden toegang tot de vergaderingen van de gemeentelijke afdeling waar zij onder vallen. Zij hebben dezelfde rechten als de oorspronkelijk tot de gemeentelijke afdeling behorende leden.

 

PROVINCIALE AFDELING

ARTIKEL 23

Leden woonachtig binnen de grenzen van een provincie, vormen tezamen een provinciale afdeling. Bepalingen omtrent de provinciale afdeling worden nader uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.

 

  1. ORGANEN ARTIKEL 24

Organen van de partij zijn: de algemene vergadering en het partijbestuur.

 

ARTIKEL 25

Organisatie en werkwijze, alsmede taken en bevoegdheden van de organen worden na-der geregeld in het huishoudelijk reglement.

 

ALGEMENE VERGADERING: SAMENSTELLING

ARTIKEL 26

De algemene vergadering van de partij is toegankelijk voor alle leden.

 

ALGEMENE VERGADERING: TAAK EN BEVOEGDHEDEN

ARTIKEL 27

De algemene vergadering is het hoogste orgaan van de partij, haar komen alle bevoegdheden toe, die niet door de wet, deze statuten of bij huishoudelijk reglement aan andere organen zijn opgedragen.

De algemene vergadering heeft tot taak en is bevoegd tot:

  1. de bespreking van het politieke beleid, met name van de fracties in de Eerste en Tweede Kamer der Staten Generaal en van de delegatie in het Europees Parlement;
  2. het aannemen van resoluties en het doen van uitspraken, zowel over vraagstukken van politiek beleid als over organisatorische zaken. Een voorstel voor een resolutie of uitspraak moet ten minste vier weken voor de dag van aanvang van de algemene vergadering schriftelijk worden ingediend bij het partijbestuur;
  3. de algemene vergadering kan slechts rechtsgeldig besluiten nemen inzake onder-werpen, die in de agenda voor de betreffende algemene vergadering zijn vermeld;
  4. de behandeling en vaststelling van de jaarverslagen van de (bijzondere) organen en de behandeling van de jaarverslagen van de bijzondere organisaties van de partij;
  5. de behandeling en vaststelling van de balans en de rekening van baten en lasten, alsmede de begroting van de instanties die ten behoeve van de in het vorige lid bedoelde partijorganen en bijzondere organen de geldmiddelen of eigendommen beheren, met inachtneming van de bepaling daaromtrent in deze statuten. Na goedkeuring van de balans en rekening van baten en lasten van de desbetreffende instantie wordt decharge verleend aan het partijbestuur en de besturen van de bedoelde bijzondere organen;
  6. de behandeling van de balans en rekening van baten en lasten, alsmede de begroting van de bijzondere organisaties, indien deze organisaties financiële ondersteuning van de partij ontvangen;
  7. de vaststelling en wijziging van statuten en reglementen van instanties die voor bijzondere organen in het leven worden geroepen ten behoeve van het beheer van geldmiddelen en/of eigendommen, met inachtneming van de bepalingen in deze statuten;
  8. de goedkeuring van de statuten en reglementen van de bijzondere organisaties en de wijziging van hun statuten en reglementen;
  9. de vaststelling van programma’s ten behoeve van de verkiezingen van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en van de leden van het Europees Parlement. De procedure voor de totstandkoming en vaststelling van de programma’s wordt geregeld in het reglement voor de vaststelling van programma's;
  10. de vaststelling en wijziging van het partijprogramma;
  11. de vaststelling van de uitslag van de verkiezing van de voorzitter, de penning-meester en secretaris van het partijbestuur door de leden;
  12. de verkiezing dan wel aanwijzing van de lijsttrekker(s) voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal respectievelijk het Europees Parlement, met inachtneming van de bepaling daaromtrent in het reglement voor de voorbereiding

van de kandidaatstelling voor de verkiezingen der leden van het desbetreffende vertegen-woordigende lichaam;

  1. de vaststelling en wijziging van de statuten, waartoe een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen in een vergadering is vereist;
  2. de benoeming van ereleden op voorstel van het partijbestuur;
  3. de vaststelling van de in te dienen kandidatenlijst voor de verkiezing der leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal respectievelijk voor de verkiezing der leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal respectievelijk voor de verkiezing der leden van het Europees Parlement. Nadere procedure voor de kandidaatstelling wordt geregeld in het huishoudelijk reglement.

 

PARTIJBESTUUR: SAMENSTELLING

ARTIKEL 28

  1. Het partijbestuur bestaat aanvankelijk uit ten minste drie stemhebbende leden; de voorzitter, secretaris en penningmeester. De voorzitter is bij oprichting aangesteld voor een periode van vier jaar, en kan aan het einde van die periode door de Algemene Ledenvergadering voor hoogstens nog één maal vier jaar worden benoemd. Derhalve maximaal acht jaar. De secretaris en penningmeester worden bij oprichting voor zes maanden benoemd, met de mogelijkheid tot verlenging met eenzelfde periode, te bepalen door de andere leden van het partij-bestuur. Bij stemming telt de stem van de voorzitter voor twee. In het tweede bestaansjaar van de vereniging worden benoemingen voor één jaar gedaan, wederom met de mogelijkheid tot verlenging van de benoeming met eenzelfde periode door de andere leden van het partijbestuur. Bij respectievelijk 5000 en 15.000 leden, zal er een vierde en vijfde bestuurslid aangesteld worden, te bepalen door het partijbestuur. Of eerder indien het bestuur dat unaniem nodig acht. Na het tweede bestaansjaar en indien er minstens 5000 leden zijn, worden leden van het partijbestuur voortaan benoemd door de algemene vergadering uit een bindende voordracht van één of meer kandidaten, die wordt opgesteld door het partijbestuur. De algemene vergadering kan aan die voordracht het bindend karakter ontnemen door een besluit, genomen met ten minste 60% meerderheid van de uitgebrachte stemmen in een referendum waarin ten minste 60% van de stemgerechtigde leden gereageerd hebben via een e-democracy-systeem.
  2. Het partijbestuur kan te allen tijde op ad hoc basis (andere) adviseurs uitnodigen.
  3. De provinciale afdelingen zullen voor hun vertegenwoordiging bij het partij-bestuur afgevaardigden voor het jaarlijks congres aanwijzen overeenkomstig de procedure die is vastgelegd in de statuten en/of desbetreffende reglementen.
  4. Een lid van het partijbestuur kan te allen tijde, onder opgaaf van redenen, worden geschorst en ontslagen door het orgaan dat hem benoemd heeft. De algemene vergadering kan slechts tot schorsing of ontslag van een bestuurslid besluiten met een meerderheid van ten minste 60% van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste 33% van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn. De schorsing eindigt wanneer de algemene vergadering niet binnen 3 maanden daarna tot ontslag heeft besloten.

 

PARTIJBESTUUR: TAKEN EN BEVOEGDHEDEN

ARTIKEL 29

  1. Het partijbestuur heeft onder meer tot taak en is bevoegd tot:
  1. het leiding geven aan alle politieke en organisatorische activiteiten van en binnen de partij;
  2. het opmaken van de agenda, de voorbereiding van de besluitvorming en uitvoering van de besluiten van de algemene vergadering;
  3. de handhaving van deze statuten en de bijbehorende reglementen;
  4. de bespreking van het politieke beleid van de fracties in de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal en van de eventuele delegatie in het Europees Parlement;
  5. de voorbereiding en organisatie van de verkiezing der leden van de Eerste en

Tweede Kamer der Staten-Generaal en van de verkiezing der leden van het Europees Parlement;

  1. het uitgeven van publicaties;
  2. de zorg voor het beheer van de geldmiddelen en eigendommen van de partij;
  3. het nemen van beslissingen in spoedeisende gevallen en in alle gevallen waarin door deze statuten en de bijbehorende reglementen niet is voorzien;
  4. het instellen en opheffen van tijdelijke of permanente commissies, alsmede de benoeming van de leden hiervan;
  5. de vaststelling van reglementen en/of richtlijnen voor de in lid i bedoelde tijdelijke of permanente commissies;
  6. de vaststelling van een voordracht voor de verkiezing van de voorzitter, de penningmeester en de secretaris van het partijbestuur;
  1. Het partijbestuur is bevoegd tot vaststelling en wijziging van het huishoudelijk reglement, met inachtneming van de bepalingen daaromtrent in deze statuten.
  2. Het partijbestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de partij zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheid voor een schuld van een ander verbindt.
  1. Het partijbestuur vertegenwoordigt de partij. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende leden van het partijbestuur.

 

  1. BIJZONDERE ORGANEN

ARTIKEL 30

Op voorstel van het partijbestuur kan de algemene vergadering bijzondere organen instellen.

 

ARTIKEL 31

Organisatie en werkwijze, alsmede taken en bevoegdheden van bijzondere organen worden geregeld in door de algemene vergadering vast te stellen reglementen, die geen bepalingen mogen bevatten strijdig met deze statuten en/of het huishoudelijk reglement.

 

ARTIKEL 32

De algemene vergadering kan voor een doelmatig en juist beheer van de geldmiddelen van een bijzonder orgaan een beheer instantie instellen. De algemene vergadering stelt de eventuele rechtsvorm, statuten en reglementen van een dergelijke instantie na overleg met het desbetreffende bijzondere orgaan vast.

 

AUDITCOMMISSIE

ARTIKEL 33

De Auditcommissie is belast met het jaarlijks onderzoek van de balans en de rekeningen van baten en lasten van de instanties die ten behoeve van het partijbestuur en/of algemene vergadering en/of bijzondere organen en/of bijzondere organisaties de geldmiddelen en/of eigendommen beheren en daarvan verslag uit brengen aan de algemene vergadering. Zij adviseert het partijbestuur over belangrijke financiële aangelegenheden.

 

ARTIKEL 34

De Auditcommissie bestaat uit drie onafhankelijke leden, die geen lid mogen zijn van het partijbestuur en/of besturen van de bijzondere organen en/of bijzondere organisaties. Zij worden op voordracht van het partijbestuur door de algemene vergadering verkozen. De Auditcommissie kan zich laten bijstaan door adviserende leden. Bepalingen omtrent de Auditcommissie worden nader uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.

 

  1. BIJZONDERE ORGANISATIES

ARTIKEL 35

Bijzondere organisaties van de partij zullen zijn: een Raad van Advies, een Comité van Aanbeveling, een Ledendraad, Provinciaal Congres, Beroepsraden, en een Wetenschappelijk Instituut. Op termijn volgt eventueel een Jongeren-organisatie.

ARTIKEL 36

  1. Het Wetenschappelijk Instituut en de Jongeren-organisatie dienen een bij notariële akte opgerichte rechtspersoon te zijn. De samenstelling, organisatie en werkwijze van de bovengenoemde twee bijzondere organisaties worden geregeld in door deze bijzondere organisaties vastgestelde statuten en eventuele reglementen.

 

ARTIKEL 37

  1. De Raad van Advies bestaat uit zes personen, een van hen fungeert als voorzitter. In het eerste jaar wordt de gehele Raad en haar voorzitter door het hoofdbestuur aangesteld. Daarna kiest de Raad steeds na twee jaar een nieuwe voorzitter uit haar midden.

De Raad van Advies zal twee maal per jaar vergaderen, rond 1 april en 1 oktober of op initiatief van de voorzitter hoogstens een extra keer, wegens de aanwezigheid van zakendoor de voorzitter als dusdanig belangrijk zijnde beoordeeld, dat een extra advies naar het Hoofdbestuur gewenst is. Elk halfjaar zal één van de eerdere aangetreden leden, tzt het vroegst aangetreden lid, plaatsmaken voor een nieuw lid. Het langstzittende lid zal derhalve maximaal drie jaar zitting kunnen hebben. Leden kunnen bij de voorzittter een verzoek indienen, tégen het anciënniteitsbeginsel in, om als eerstvolgende uit de Raad te mogen treden.

Voordracht van het nieuwe lid door de voorzitter gebeurt bij stemming van de overige Raad van Advies-leden.

De voorzitter zal na twee jaar zijn of haar functie neerleggen en de zes leden zullen een van de leden als nieuwe voorzitter kiezen.

  1. De Raad van Advies geeft oordeel over alle uiteenlopende zaken die te maken hebben met het functioneren van de partij. Voorzitter bepaalt de agenda, de leden kunnen agendapunten aandragen. Met name is het de taak van de Raad van Advies om het DNA van de partij te bewaken, zoals vastgelegd in de partij-beginselverklaring. Die als een soort Grondwet voor de partij geldt. Extra aandacht zal hierbij gegeven worden aan de bewaking van het democratische gehalte van de partij.
  2. De voorzitter zal twee maal per jaar met het Hoofdbestuur meevergaderen.
  3. Advies zal als zwaarwegend gelden en niet lichtzinnig door het Hoofdbestuur terzijde worden gelegd.

 

ARTIKEL 38

  1. Het Comité van Aanbeveling zal bestaan uit drie Bekende Nederlanders, uit uiteenlopende gebieden, zoals dat kan zijn Sport, Entertainment, Politiek, of Wetenschap, die één tot drie jaar zullen gelden als Ambassadeurs, en regelmatig hun voorkeur zullen uitdragen voor de partij en positieve aandacht zullen genereren. Zij zullen één keer per jaar vergaderen. Waarbij telkens besloten wordt wie er plaats maakt. Het Hoofdbestuur regelt tijdig een nieuw lid.

 

ARTIKEL 39

  1. De partij zal een Ledenraad instellen. Uit elke provincie één lid, uit Noord-Holland en Zuid-Holland twee.
  2. De Ledenraad zal tenminste drie keer per jaar vergaderen. Op initiatief van de voorzitter eventueel een vierde keer, indien er omstandigheden zijn die dat naar zijn mening noodzakelijk maken.
  3. De ledenraad zal allerlei aspekten, waaronder ook specifiek regionale problemen, bespreken. Alle leden dienen kennis te nemen van alle onderwerpen en mee te doen aan de besluitvorming die daarna naar het Hoofdbestuur als adviesbesluit gecommuniceerd zal worden.
  4. Elk jaar zullen de leden van één van de onderstaande helften van het aantal provincies in Nederland plaatsmaken voor nieuwe leden. De verdeling van de provincies is volgens een oost-west-indeling; Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg als ene helft. En Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland, Utrecht, Flevoland als de andere helft. Medio 2021 treedt de oostelijke helft als eerste af.

Partijleden kunnen zich voor deze Raad aanmelden, de voorzitter zal de keuze maken.

Een lid dient zich bij verhindering te laten vertegenwoordigen door een ander lid.

  1. De voorzitter zal twee keer per jaar met het Hoofdbestuur meevergaderen en de aandachtsgebieden en adviesbesluiten, besproken in de Ledenraad, voor het voetlicht brengen.
  2. De voorzittter zal na twee jaar, steeds in september, plaatsmaken voor een andere voorzitter welke uit de andere leden gekozen wordt. Stellen zich meerdere kandidaten beschikbaar, dan gescheidt aanstelling door middel van een verkiezing. Hiervoor zal een kleine stembus gebruikt worden en stembiljetten, waarop ieder zijn gewenste kandidaat kan aankruizen. De eerste wissel zal in sept 2022 plaatsvinden.

 

ARTIKEL 40

De partij zal één keer per jaar een congres houden speciaal voor de afdelingen in het land. Elke afdeling mag maximaal drie afgevaardigden sturen. Een uiteenlopend scala aan onderwerpen zal worden behandeld, met ruime aandacht voor vragen en antwoorden.

 

ARTIKEL 41

  1. De partij zal diverse beroepsraden samenstellen uit de leden. Per groep maximaal vijf mannen/vrouwen. Zij zullen de problemen die spelen op de werkvloer, verwoorden in een advies aan het bestuur, hoe de partij zich moet opstellen in het debat. Of moet inbrengen in het openbare debat.
  2. Een beroepsraad wordt gevormd door mensen werkzaam in ongeveer dezelfde professie, en/of werkzaam in dezelfde branch.
  3. Elke beroepsraad heeft een voorzitter, die na twee jaar zijn functie zal overdragen aan een van de anderen leden. De eerdere voorzitter zal na een half jaar zijn plaats in de raad overdragen aan een nieuw lid.De leden van de raden worden door het partijkantoor of de beroepsraadvoorzitter gevraagd zitting te nemen, nadat zij in positieve zin zijn opgevallen binnen de vereniging.
  4. Geïnteresseerden kunnen zich op eigen initiatief opgeven bij het partijkantoor. De leden mogen maximaal drie jaar in de raad zitten. Elk half jaar zal iemand plaats maken op volgorde van anciënniteit; de langstzitttende maakt plaats.
  5. Vergaderen vindt drie keer per jaar plaats, eventueel een vierde keer op initiatief van de voorzitter.

 

ARTIKEL 42

  1. De bijzondere organisaties worden financieel ondersteund vanuit de partij, zij het gematigd. Deze ondersteuning vindt plaats op basis van een vast te stellen deel van de algehele contributie-opbrengst.
  2. Om aanspraak te kunnen maken op wat ruimere financiële ondersteuning, zoals In het eerste lid van dit artikel vermeld, dienen de grotere bijzondere organisaties zoals het Wetenschappelijk Instituut en eventueel de Jongeren-organisatie, tijdig hun jaarverslag, de balans, de rekening van baten en lasten en de begroting voor het komende jaar bij het partijbestuur in.

 

 

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT

ARTIKEL 43

Het Wetenschappelijk Instituut is belast met de uitvoering van alle taken ter verwezenlijking van het doel, omschreven in zijn statuten op basis van het doel van de partij en in aansluiting op het partijprogramma.

 

ARTIKEL 44

De voorzitter van het Wetenschappelijk Instituut wordt op voordracht van het bestuur van het Wetenschappelijk Instituut door het partij/hoofdbestuur benoemd.

 

JONGERENORGANISATIE

ARTIKEL 45

De partij kan een jongerenorganisatie oprichten die is belast met alle taken ter verwezenlijking van het doel omschreven in haar statuten.

 

  1. FINANCIËN PARTIJ ARTIKEL 46
  1. De geldmiddelen van de partij bestaan uit:
  1. de jaarlijkse contributie van de leden, die centraal wordt geïnd;
  2. rente van belegde gelden;
  3. donaties, schenkingen, legaten en erfstellingen;
  4. subsidies van overheidswege;
  5. andere inkomsten.
  1. Erfstellingen kunnen slechts worden aanvaard onder het voorrecht van boedel- beschrijving.

 

ARTIKEL 47

Het boekjaar van de partij is gelijk aan het kalenderjaar.

 

ARTIKEL 48

De regelmatige controle op de wijze waarop de financiële administratie wordt gevoerd, alsmede de controle ter zake van de rekening en verantwoording over het afgelopen boekjaar, wordt opgedragen aan een registeraccountant. Een registeraccountant controleert regelmatig de wijze waarop de financiële administratie wordt gevoerd, alsmede de rekening en verantwoording over het afgelopen boekjaar.

 

ARTIKEL 49

Jaarrekeningen worden uiterlijk op de in de eerste helft van het jaar te houden vergadering van de algemene vergadering behandeld en vastgesteld, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering; begrotingen worden uiterlijk in de tweede helft van het jaar behandeld en vastgesteld.

 

ARTIKEL 50

Het partijbestuur kan het beheer van de geldmiddelen van de partij geheel of gedeeltelijk overdragen aan één of meer stichtingen.

 

ARTIKEL 51

De partij zal op alle geledingen binnen de partij, van het hoogste nivo tot het laagste, en in de volle breedte, zuinig en prudent omgaan met de aan haar toevertrouwde gelden, en niet onnodig geld spenderen. Dit geldt voor alle functionarissen en organen, incl het bestuur.

 

HOOFDSTUK IV:

 

VERKIEZINGEN

  1. EERSTE KAMER, TWEEDE KAMER, EUROPEES PARLEMENT

ARTIKEL 52

Het partijbestuur heeft de leiding bij de voorbereiding van- en de te voeren activiteiten voor de verkiezingen voor de Eerste Kamer, de Tweede Kamer en het Europees Parlement.

 

ARTIKEL 53

De kandidaatstellingsprocedure wordt geregeld in een Reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer, de Tweede Kamer en het Europees Parlement.

 

ARTIKEL 54

Kandidaat voor het lidmaatschap van de Eerste Kamer, respectievelijk de Tweede Kamer der Staten-Generaal, respectievelijk het Europees Parlement kunnen worden gesteld zij die bij verkiezing voldoen aan de eisen van de wet, lid zijn van de partij en bereid zijn schriftelijk te verklaren dat zij instemmen met het partijprogramma en het vigerende verkiezingsprogramma van de partij. De overige vereisten worden genoemd in het in het vorige artikel bedoelde kandidaatstellingsreglement en/of het huishoudelijk reglement.

 

  1. PROVINCIALE STATEN

ARTIKEL 55

De kandidaatstellingsprocedure wordt geregeld in het reglement voor de voorberei-ding van de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Provinciale Staten.

 

  1. WATERSCHAP ARTIKEL 56

De kandidaatstellingsprocedure wordt geregeld in het reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van het Waterschap.

 

  1. GEMEENTERAAD ARTIKEL 57

De kandidaatstellingsprocedure wordt geregeld in het reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Gemeenteraad.

 

 

HOOFDSTUK V:

 

ALGEMENE BEPALINGEN

  1. BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERING

ARTIKEL 58

  1. Het partijbestuur roept de algemene vergadering bijeen zo dikwijls het dit wenselijk vindt, of wanneer het daartoe volgens de wet of deze statuten verplicht is.
  2. De bijeenroeping geschiedt op een termijn van tenminste twee weken door toezen-ding aan de leden van de partij van een uitnodiging die tijd en plaats van de vergadering en de te behandelen onderwerpen vermeldt. De oproeping aan ieder lid, die daarmee instemt, kan ook geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door hem voor dit doel aan de partij bekend is gemaakt.
  3. Het partijbestuur is verplicht tot het bijeenroepen van de algemene vergadering op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbren-gen van een tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering op een termijn van vier weken na indiening van het verzoek.

 

  1. STEMRECHT EN STEMMING

ARTIKEL 59

In de vergaderingen van de afdelingen, organen, (bijzondere) organen en bijzondere organisaties wordt het stemrecht uitgeoefend door leden die daartoe krachtens de bepalingen van deze statuten, het huishoudelijk reglement en de desbetreffende statuten of reglementen bevoegd zijn.

 

ARTIKEL 60

Het stemrecht kan slechts worden uitgeoefend wanneer aan de financiële verplichtingen jegens de partij is voldaan.

 

ARTIKEL 61

Elk lid kan niet meer dan één stem uitbrengen.

Ieder lid is bevoegd het stemrecht uit te oefenen via een elektronisch communicatie-middel. Het gebruik van een elektronisch communicatiemiddel is aan drie voorwaarden gebonden: (i) het stemgerechtigde lid kan via het elektronisch communicatiemiddel worden geïdentificeerd, (ii) het stemgerechtigde lid kan rechtstreeks kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, en (iii) het stemgerechtigde lid kan zijn stemrecht uitoefenen. Bovenstaande is verder uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.

 

ARTIKEL 62

Besluiten van organen en bijzondere organen worden genomen met gewone meerder-heid, tenzij anders is bepaald in statuten en/of reglementen. Onder gewone meerder-heid wordt verstaan de helft plus één van de uitgebrachte stemmen. De blanco en ongeldige stemmen tellen niet mee bij de vaststelling van het aantal uitgebrachte stemmen.

 

ARTIKEL 63

  1. Ongeacht het aantal aanwezigen kunnen de in het vorige artikel bedoelde besturen en algemene vergaderingen altijd beraadslagen, hun agenda vaststellen en de notulen goedkeuren.
  2. Elke stemming is geldig, ongeacht het aantal stemmen, tenzij de voorzitter op een tevoren door ten minste vijfentwintig procent van het aantal aanwezige stemgerechtig-de leden ingediend verzoek bij de stemming vaststelt dat niet vijftig procent van het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is, of in het geval dat de algemene vergadering vaststelt dat niet meer dan vijfenzeventig stemgerechtigde leden aanwezig zijn. Bij het niet halen van het quorum wordt het besluit ter stemming op de agenda van de volgende vergadering geplaatst.
  3. De leden die hebben verzocht om vaststelling van het quorum, worden bij het tellen van de aanwezigen als bedoeld in het tweede lid meegerekend, ook als zij niet in de vergaderzaal aanwezig zijn.
  4. Wanneer minder dan vijf procent van het aantal leden aanwezig is, of in het geval dat in de algemene vergadering minder dan vijfenzeventig stemgerechtigde leden aan-wezig zijn, kan de voorzitter vaststellen dat het quorum niet is bereikt.
  5. Indien vastgesteld is dat het vereiste quorum ontbreekt, wordt een nieuwe verga-dering belegd, waarin hetzelfde voorstel opnieuw aan de orde is. Inzake de oproep voor een nieuwe vergadering, dient een termijn van ten minste veertien dagen in acht genomen te worden.

Indien het onderwerp waaromtrent besloten moet worden, zodanig spoedeisend is dat de in het vijfde lid genoemde oproepingstermijn niet in acht kan worden genomen, is het betreffende bestuur bevoegd de termijn zoveel te bekorten als noodzakelijk is.

Ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden worden in de Nieuwe vergadering geldige besluiten genomen bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij anders is bepaald.

 

ARTIKEL 64

  1. Over personen wordt schriftelijk gestemd. Is er sprake van een enkelvoudige kandidaatstelling, dan wordt voorgesteld die persoon bij acclamatie te benoemen. Desgewenst wordt toch schriftelijk gestemd, indien dit door een of meer leden van een afdeling, orgaan, bijzonder orgaan of bijzondere organisatie wordt verlangd.
  2. Bij stemmingen over personen zijn de eerste twee stemmingen vormvrij. Is een derde stemming noodzakelijk, omdat niemand de meerderheid van de uitgebrachte stemmen heeft gekregen, dan kan bij de derde stemming slechts gekozen worden tussen de twee personen die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben gekregen.
  3. Is niet duidelijk welke twee personen bij de tweede stemming de meest stemmen hebben gekregen, dan vindt eerst een tussenstemming plaats. Staken bij deze tussen-stemming, of bij de derde stemming, de stemmen, dan beslist het lot. Over zaken wordt mondeling gestemd, tenzij door de meerderheid van de stemhebbende leden van de vergadering een schriftelijke stemming wordt verlangd. Bij staken van stemmen bij besluiten over zaken wordt het desbetreffende voorstel geacht te zijn verworpen.

 

ARTIKEL 65

  1. Het partijbestuur kan, in afwijking van artikel 64, besluiten om voor bepaalde vergaderingen of voor bepaalde stemmingen toe te staan dat het stemrecht wordt uit-geoefend door middel van elektronische communicatiemiddelen.
  2. . Het partijbestuur neemt een besluit als bedoeld in het eerste lid uitsluitend als gewaarborgd is dat de stemgerechtigde leden via het elektronisch communicatiemiddel kunnen worden geïdentificeerd, rechtstreeks kunnen kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kunnen uitoefenen.

 

ARTIKEL 66

Een bestuurslid kan, ook al is hij voor een bepaalde tijd benoemd, te allen tijde door de benoemende instantie worden ontslagen of geschorst. Het partijbestuur en/of het be-stuur van de desbetreffende provinciale afdeling is bevoegd een individueel bestuurslid in de uitoefening van zijn functies te beperken.

 

  1. VOORDRACHTEN ARTIKEL 67

Indien een bestuur een voordracht doet zoals bedoeld in de statuten of reglementen van de partij, motiveert het voordragende bestuur zijn keuze voor het doen van een enkelvoudige of meervoudige voordracht.

 

HOOFDSTUK VI:

 

STATUTEN EN REGLEMENTEN

  1. HUISHOUDELIJK REGLEMENT

ARTIKEL 68

Het partijbestuur stelt een huishoudelijk reglement vast, waarin deze statuten nader worden uitgewerkt. De inhoud van dat reglement mag niet in strijd zijn met de bepalingen van deze statuten.

 

KANDIDAATSTELLINGSREGLEMENTEN

ARTIKEL 69

Het partijbestuur stelt de reglementen vast als bedoeld in de artikelen 53, 55 en 57, hierna te noemen: “kandidaatstellingsreglementen”, waarin de bepalingen van deze statuten en het huishoudelijk reglement nader worden uitgewerkt. De reglementen mogen niet in strijd zijn met de bepalingen van deze statuten en/of het huishoudelijk reglement.

 

ARTIKEL 70

Het partijbestuur kan één of meer reglementen vaststellen waarin onderwerpen worden geregeld waarin door deze statuten, het huishoudelijk reglement en de overige reglementen niet of niet volledig wordt voorzien. Deze reglementen mogen niet in strijd zijn met deze statuten, het huishoudelijk reglement en/of de overige reglementen.

 

  1. ONTBINDING EN VEREFFENING

ARTIKEL 71

Ontbinding van de partij geschiedt uitsluitend door een besluit van de algemene vergade-ring in een daartoe bijeengeroepen vergadering, die ten minste vier weken tevoren moet worden uitgeschreven. Voor een besluit tot ontbinding van de partij is een vier/vijfde meerderheid vereist. De stemming over dit besluit dient schriftelijk te geschieden.

 

ARTIKEL 72

In geval van ontbinding wijst het partijbestuur de bestemming aan van de bezittingen van de partij, met dien verstande dat zij zo enigszins mogelijk zullen worden aangewend ten bate van het doel waarvoor zij zijn verkregen.

 

ARTIKEL 73

Ontbinding van afdelingen geschiedt door een besluit van de betreffende algemene vergadering dan wel door een besluit van het partijbestuur. De stemming over dit besluit dient schriftelijk te geschieden. Indien ontbinding plaatsvindt door besluit van de desbe-treffende algemene vergadering is tevens vereist dat partijbestuur toestemming verleent tot ontbinding van de desbetreffende afdeling.

 

ARTIKEL 74

De ontbinding van bijzondere organisaties geschiedt door besluit van de desbetreffende algemene vergadering. De stemming over dit besluit dient schriftelijk te geschieden. Tevens is vereist dat het partijbestuur toestemming verleent tot ontbinding van de desbetreffende bijzondere organisatie.

 

ARTIKEL 75

In geval van ontbinding van een afdeling of bijzondere organisatie wijst de desbetref-fende algemene vergadering dan wel het partijbestuur, de bestemming van de bezittingen van de afdeling of de bijzondere organisatie aan, met dien verstande dat zij zo enigszins mogelijk worden aangewend ten bate van het doel waarvoor zij zijn verkregen.

 

ARTIKEL 76

Voor besluiten tot het aangaan van een federatie dan wel tot fusie is artikel 73 van overeenkomstige toepassing. Voor het nemen van een dergelijke besluit is een twee derde meerderheid vereist.

 

  1. WIJZIGING EN AANVULLING VAN DEZE STATUTEN

ARTIKEL 77

Wijziging van deze statuten is slechts mogelijk indien de algemene vergadering voor-stellen van het Hoofdbestuur bekrachtigt.

 

ARTIKEL 78

Voorstellen tot wijziging van de statuten kunnen alleen in behandeling worden genomen indien zij in de agenda voor de algemene vergadering zijn vermeld en de woordelijke tekst van elke voorgestelde wijziging voor leden beschikbaar is.

Voor wijziging van de statuten is een twee derde meerderheid vereist; voor aanvaarding van een amendement op een voorstel tot wijziging is een gewone meerderheid vereist.

 

ARTIKEL 79

Een statutenwijziging komt niet tot stand dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt.

Tot het doen verlijden van de akte is ieder lid van het partijbestuur of een ander door de algemene vergadering daartoe gemachtigd persoon bevoegd, onder overlegging van een uittreksel uit de notulen van de vergadering.

 

ARTIKEL 80

Het huishoudelijk reglement omschrijft het recht van initiatief tot wijziging van de statuten, respectievelijk van het huishoudelijk reglement, de statuten en/of reglementen van bijzondere organen en de overige reglementen. Ook wordt in het huishoudelijk reglement bepaald aan welke voorwaarden wijzigingsvoorstellen dienen te voldoen.

 

  1. SLOTBEPALING ARTIKEL 81

In alle gevallen waarin deze statuten, het huishoudelijk reglement en/of andere reglementen niet voorzien, beslist het partijbestuur.

 

Slotbepaling.

Het eerste boekjaar van de partij eindigt op eenendertig december tweeduizend negentien.

De onderhavige bepaling, alsmede de titel daarvan, komt te vervallen na ommekomst van het eerste boekjaar van de partij.